Y. NÉ Freelance artist Poet Graphic Artist Painter
mijn CV - beeldend & literair:
ook vindbaar onder namen Yvon Né en Yvonne Né
atelier in Breda
foto Jan Stads/Pix4Profs voor BNDeStem 2022
Over mijn werk - Vrij en in Opdracht
Het poëtische werk van Y. Né balanceert tussen twee elementaire werkelijkheden: de realiteit van het leven en de verbeelding ervan. Steeds weer is er sprake van een overgangssituatie, waarin nieuwe realiteiten worden verkend, terwijl van de oude nog geen afstand is gedaan. Daardoor is alles voortdurend in beweging - uit een juryrapport
Opleiding
Academie voor Beeldende Kunsten St-Joost Breda (4 jaar dagopleiding)
Prijs
Oeuvreprijs Gemeente Breda|Rabobank Breda (video: werk in vogelvlucht)
Nominatie
De Bronzen Uil (Belgische prijs voor het beste Nederlandstalige prozadebuut)
Zeeuwse Boekenprijs
Jan Naaijkensprijs (bijdrage cultuur N.-Brabant)
Stadsdichterschap Breda
Schrijversprijs Brabantse Letteren
Werk in collectie
Prinses Beatrix, AKD Prinsen Van Wijmen, AMPHIA Ziekenhuis, Grosveld van der Velde Architecten, Castelijn Makelaardij, Eclectic International, DeltaLink bv, G&C bv, Habets Advocaten, Havermans Hielkema Architecten, LimiTense Coaching, Ooms Architecten, St. Begraafplaatsen/ Crematoria Zuylen, FNV, Gemeente Breda, Volkshuisvesting Breda, Siemerink bv, BoCari International, Breda Promotions, Waterschap Brabantse Delta
Werk in de Openbare Ruimte
Koning Willem-Alexanderbrug
Nieuwe Tolbrug
Gevelgedichten Rivierenbuurt
Boeimeerpark
Wat ik doe
Ik werk fulltime aan opdrachten en vrij werk. Dit betreft schilderen, tekenen, design en tekstschrijven. Het beeldende werk stel ik geregeld tentoon.Mijn teksten omvatten poëzie, proza, artikelen en lezingen. Mijn speeches kunnen gaan over diverse (actuele) onderwerpen, steeds in relatie met kunst. Ik geef voordrachten op podia.
Boekuitgaven (vaak geïllustreerd)
Ik debuteerde in 1994 bij De Bezige Bij. Uitgeverij De Geus publiceerde in 2009 Hier mag niets af zijn Verzamelde gedichten 1990 – 2005, Michaël Zeeman schreef het voorwoord. In 2014 verscheen bij De Geus De werkelijkheid houdt het lang vol (video).
Inmiddels kwamen 22 poëziebundels uit bij diverse uitgevers, enkele in opdracht.
In ruim 50 bloemlezingen is poëzie van mij opgenomen.
In april 2016 verscheen de debuutroman Het scheve meisje bij Uitgeverij De Geus.
Vestingwerken
In opdracht van de NBKS (nu Kunstloc Brabant) schreef ik 17 gedichten over Brabantse vestingwerken (nu genoemd Zuiderwaterlinie), 13 staan op de site BHIC (Brabants Historisch Informatie Centrum):
Daan Manneke, componist: Iedere nieuwe bundel die ze laat verschijnen en iedere nieuwe tentoonstelling roept bij mij steeds een prikkelende, onrustige nieuwsgierigheid op: niet eerder zo gehoord, zo beleefd, zo getekend of onder woorden gebracht. In een beeldende, beschouwende, wakkere taal voltrekt zich de geschiedenis van dit gezin. De verschillende trefwoorden die me steeds afwisselend en bij herhaling voor de geest kwamen, zijn onder meer: een mozaïek, een veelstemmig madrigaal, een filmscript, bildungsroman, prozagedichten, parallelle werelden.
Ruth Terwiel, Brabant Cultureel: Het scheve meisje kan als roman met frictie en problemen gelezen worden, maar ook als beschrijving van de universele heldendaad die wij ‘opgroeien’ noemen. Er is heel veel herkenbaars in de mooie woorden die Yvon Né voor ons teruggevonden heeft en die te maken hebben met het wonen in een huis. In een kamer. Met ramen. Een vader te hebben met een baan. Kranten ophalen. Op zwemles moeten. Kou. Doe mij dit boek maar in een rijtje met J.D. Salinger en Françoise Sagan. Sla het vooral niet over!
Hein van Kemenade, Libris-boekhandelaar: In een minutieuze, zorgvuldige stijl beschrijft Yvon Né het ontluikende bewustzijn van het meisje en ze weet de lezer met prachtige taal en scherpe beelden in de wereld van het kind te trekken. De roman is zo indringend en hij werkte zo op mijn gevoel, dat ik er de volgende nacht over droomde. En dat overkomt me nooit.
Camiel Hamans, Brabant Cultureel:
Verontrustend is Het scheve meisje, omdat het toont hoe anders mensen die elkaar na staan de werkelijkheid kunnen zien en hoe onmogelijk contact en begrip daardoor worden. Van relaties weten we dit. De literatuur en de werkelijkheid zitten er vol mee. In de verhouding ouder-kind is dit gezichtspunt nieuw en beangstigend.
Bert Bevers, VVL-boekhouding: Heb me even een meisje gevoeld. Zó wist Yvon Né me mee te slepen in haar herinneringen aan haar jongste jaren. Heerlijk hoe gedetailleerd ze de plaatsen beschrijft waar ze als kind woonde, en de mensen die die bevolkten. En het hele boek door ruik ik de vijftiger en zestiger jaren. Het scheve meisje is een wonderschoon boek!
Inge van Deutekom, Hebban: Deze sensitieve roman bevat mooie beelden en originele gedachten. Het conflict wordt geloofwaardig en voelbaar beschreven.
Edine Wijnands, BN/DeStem: En met haar eigen ervaringen vertelt ze over wat eigenlijk alle kinderen meemaken. Ze zijn een individu, zoekend naar hun plek in de wereld, maar worden als mens door de buitenwereld nog niet als vol gezien. Né geeft hen een stem.
Maarten Koreman, Galerie Ecker: Y. Né tekent en schildert fijnzinnige composities van schijnbaar op zichzelf staande figuren die contrastrijk over het doek verspreid diepe intenties weergeven. Zoals ook in haar poëzie zijn het verschillende abstracties die fascinerende associaties oproepen
Frits de Coninck, BN/De Stem: Het beeld is opgebouwd uit talloze kleine lijnen die een figuratie vormen waarin net een horizon zichtbaar is, waarin de suggestie ligt van het oude land en de helderheid van de erboven hangende lucht. Binnen die wereld gebeurt van alles. Ontelbare beeldelementen nemen bezit van het landschap dat altijd voldoende mate van abstractie behoudt om het werk niet aan een exclusieve betekenis te verbinden. Net als de lijnen gaan de betekenissen alle kanten uit. Althans, zo lijkt het. Want net als een tuin die zich door het jaar heen in verschillende gedaantes voordoet maar toch herkenbaar blijft als systeem, zo is haar beeldend werk geordend. In de chaos is orde, in de vrijheid toont zich de sturende hand. Hoeveel er ook in een schilderij gebeurt, niks loopt het schilderij uit. Alles wordt bij elkaar gehouden door een onzichtbare bedoeling en door een opgelegde structuur. Er is een eenheid van sfeer, mentaliteit, vorm. Alles stroomt, zonder begin, zonder eind. Haar werk is een combinatie van herhaling en verandering, van toeval en toeleg. Haar werk moet je 'lezen' als een ononderbroken beeldverhaal, inderdaad, net alsof het poëzie is.
Anja van den Akker, Brabant Cultureel (uit interview): De dans vormt vaak een leidraad in haar bundels. „Ik beschouw de dans als een rituele beweging in ruimte en tijd. Je maakt met je lijf vertakkingen, zoals bij een boom of een hertengewei. Vandaar ook dat een van mijn boekjes Dans is een eland heet. De vertakking als metafoor van de diverse mogelijkheden zodra je op een kruispunt staat.
Tjeu Teeuwen, Galerie De Verbeelding: Het zijn dan ook geen werkelijk bestaande landschappen, die gezien en beleefd zijn en in het atelier vorm krijgen, maar mentale landschappen: beelden van de geest, waarin alles aanwezig is en vorm wil krijgen. Schilderen en tekenen is voor Yvon Né een manier om zich tot de wereld te verhouden door ordeningen en structuren aan te brengen en te bepalen wat welke vorm krijgt. Het zijn reizen door de geest die geen vooropgezette wetmatigheid of concept kennen, maar zintuiglijk en intuitief zijn, gestuurd door het toeval. Haar belangrijkste instrument is hierbij de lijn. Het is geen virtuose lijn, maar een stugge en weerbarstige, haast tegen zijn zin getrokken en van richting veranderde lijn; soms bijna een kras. De wereld van Yvon Né lijkt op de grens te staan van het zintuiglijke, zoals dieren die kennen, en het geestelijke waarin ideeën en betekenissen samenhang vertonen. Dit verlangen naar een prelinguïstische - en dus prelogische - wereld die nog zonder betekenissen is, ligt besloten in haar uitspraak: "Ik heb geen last van taal als ik teken". In haar schilderijen, gedichten en tekeningen die ze reizen noemt of een doortocht, zoekt ze naar een mythische samenhang, die vóór die van de gedachte ligt, door een intuïtief en emotioneel, zintuiglijk ervaren.
Joep Baartmans, gedeputeerde cultuur Provincie Noord-Brabant: Elk schilderij, elke tekening, wordt opgebouwd uit kleine vormen en lijnen die duizenden andere elementen oproepen die op hun beurt om 'n vervolg vragen. En zo voort. Hoezeer ook die talloze elementen ertoe uitnodigen van heel dichtbij bekeken te worden, het geheel is zo hecht van sfeer dat je je ogen er niet vanaf kunt houden. Je kunt naar Yvons werk niet kijken tot je 't gezien hebt, je blijft eenvoudig kijken, zoveel suggestie van leven en bewegen is er, van groei en vergaan. Ook de kleuren zijn hecht van sfeer, ze accentueren en harmoniseren de compositie. Ik heb 't gevoel aan 't lezen te zijn terwijl ik kijk.
Thea Derks, Keynotes, musical life in the Netherlands: Thus in Part One we experience a strange, incomprehensible world which composes itself as a fait accompli upon the still untrammeled child. In the music we hear open octaves which are slowly filled in with fifths and fourths. In the beginning the performers sing only vowel sounds (rich in harmonics) and only gradually shift to text. From pure being to the shaping of being... The drawings in this part mostly recall Tonke Dragt's illustrations for her book De brief voor de koning. In Part Two the adolescent becomes aware of sexual urges, to which he/she can give free rein, frightening as this might be. Our balancing between adult and childish behaviour is beautifully conveyed. The drawings show little turbulent, spermatozoic figures, with occasionally a head bowed in shame. Liggen in een gras/Topos is a successful integration of different art forms. Poems, drawings and music complement each other in such a way that space is left for the listener/reader/looker to make his or her own interpretation.
Marc van den Hoof, Radio BRT 3, de Kunstberg:
Het lijkt wel alsof ze de beweging, die in sommige schilderijen van Van Gogh zit, heeft willen tot haar essentie herleiden, die fameuze cypressen van Saint-Remy of een korenveld of zo. Dat waaiende. Aan tekeningen van Henri Michaux moet ik ook denken. Dat wat de tekeningen betreft. En die gedichten zijn, denk ik, al even raadselachtig. Maar we hebben het al vaak gezegd, het raadsel is een poëtisch, een literair genre. Het zijn korte verzen, het zijn korte zinnen. Het zijn geen ingewikkelde dingen. En toch staan we ver van het parlando van de duidelijkheid.
Awater: Né pleit er in haar gedichten voor om je open te stellen voor de wereld en alles wat er in te vinden is, zonder direct een oordeel te vellen. Zo sijpelt er vanzelf een moraal in haar gedichten.
Piet Gerbrandy, De Groene Amsterdammer: Dit is geëngageerde poëzie van een vrouw die zich grondig bezint op haar plaats in de wereld. In de beste gedichten bereikt Né een precair evenwicht tussen geïnteresseerde distantie en betrokken zintuiglijkheid.
Nicole van Overstraeten, De Boekhouding: De Nederlandse dichteres Yvon Né is een fenomeen. Het vergt enige leesinspanning om haar intuïtieve reflexen, haar associaties en haar verrukkelijk talent voor verdichting te doorgronden. Maar uiteindelijk kunnen we haar verzen niet anders dan intens, mooi en licht explosief noemen.
Joop Leibrandt, Meander Magazine: Wat een verademing om een dergelijk gedicht te lezen. En het is lang niet het enige knappe gedicht in de bundel, waarin Né haar en onze werkelijkheid onderzoekt in gedichten waarin exacte, filosofische en licht absurdistisch invalshoeken elkaar afwisselen. Haar humor en zelfspot, én haar intelligentie houden je erbij; gaandeweg lees je je in, raak je met haar aanpak vertrouwd, blijkt ze een overtuigende dichter met een sterke persoonlijkheid die tot uitdrukking komt in haar poëzie.
De Boekensalon: Zonder twijfel is Yvon Né een van de meest speelse dichters in ons taalgebied. Geen zoetgevooisde zinnen en zeker geen behaagzucht.
Camiel Hamans, Brabant Cultureel: De poëzie van Né is niet vrijblijvend, scheert niet langs het oppervlak, maar graaft en boort.
Ellen IJzerman, Hebban: Op speelse wijze en met humor laat Né ons nadenken, en als gevolg daarvan, anders denken over ‘de’ werkelijkheid. De wijze waarop dat gebeurt is terloops, grappig en vooral beeldend.
Nicole des Bouvrie, Zinweb: Ook de werkelijkheid van de gedichten van Y. Né houdt het lang vol. Het schuurt, het spreekt, het wankelt. Je herleest de woorden die achtereenvolgens het gedicht bepalen, en vraagt je af waar het vandaan komt: het gevoel overvallen te worden door de woorden die daar zo werkelijk maar zo onschuldig op papier staan.
Michaël Zeeman, Voorwoord: Kijk, dat is het scheppen van de dichter, het maken van de poëet, een wit vel neerleggen om te vertellen wat je gezien hebt en wat wij beslist ook eens moeten gaan bekijken. Zonder haar zouden wij dat misschien niet gezien hebben, en in elk geval niet zo duidelijk. Veel moderne Nederlandse poëzie gaat over zichzelf, over de tobberijen van de dichter of over diens ingenomenheid met wat hij, al tobbend over zichzelf en de poëzie, onder woorden heeft weten te krijgen. Daar doet Y. Né niet aan. Dat geeft haar gedichten iets krokants en het lezen ervan de verfrissende kracht van een eerste wandeling in het voorjaar. Je kikkert er van op.
Jury Zeeuwse Boekenprijs: Is dat niet wat wij willen? Dat alles wat we zien en beleven een beetje onaf blijft? Zodat niet alles volledig in vervulling gaat en we weer met lege handen staan? Welk nieuw verlangen dient zich dan aan? Yvonne Né weet in haar verzamelde gedichten Hier mag niets af zijn, dat uitgegeven werd door uitgeverij De Geus, de kern van deze problematiek trefzeker te raken met uitgebalanceerde woorden en een barokke en tegelijk ook fragiele lijnvoering van de tekenpen. Het is deze uiterst subtiele symbiose die maakt dat gevoel en verbeelding samensmelten tot een beleving waarvan je hoopt dat die nooit eindigt. Een kloek boekwerk met breekbare gedichten.
Tom van Deel, NBD Biblion: De onophoudelijke beweeglijkheid, het nooit af mogen zijn, maakt de kern uit van haar literaire en beeldende kunst. Het maakt alles wat je van haar leest en ziet tot een opmonterend evenement. Deze verzamelde gedichten beslaan vijftien jaar (tien bundels), en er gebeurt te veel in om op te noemen. Y. Né is met deze meer dan vierhonderd bladzijden poëzie en tekeningen ineens volop en aantrekkelijk aanwezig.
Bert Bevers, Gemengde Berichten: Haar bundels staan borg voor een poëzie die een amalgaam van beleving en verbeelding is, op het kruispunt van experiment en traditie. Het is, om maar met de deur in huis te vallen, een prachtig boek. Yvonne Né heeft een geheel eigen stijl ontwikkeld, die amper verwant is aan andere poëzie. In die geheel eigen stijl valt ook steeds haar hand te herkennen, en dat kan al gelden als een definitie van kwaliteit. Door het ganse boek is sprake van een intimistische zegging en originele beeldspraak. Yvon Né is er van doordrongen dat we allemaal onderdeel zijn van een geheel dat niet altijd eenvoudig te duiden is. De dichteres heeft ook gevoel voor humor. Né evoceert en suggereert, en legt zelden iets expliciet op. Daardoor krijgt de lezer een meer actieve rol toebedeeld dan bij de meeste poëzie het geval is. Voor Yvon Né is het kijken, het trachten de vragen daarbij te formuleren van wezenlijker belang dan te proberen er te beantwoorden. Ze is een degelijke dichteres die geen kunstgrepen nodig heeft maar met eenvoudige middelen veel effect weet te bereiken.
meer
Ad van den Kieboom, Uitgeverij De Geus: Yvon kan en durft te kijken, gaat niet krampachtig op zoek.Ze kent de waarde van een open blik, het je kunnen verbazen en verwonderen. Dat is een kwaliteit die je niet kunt leren. Je moet er talent voor hebben. En Yvon heeft dat. Ze heeft het talent ergens tegenaan te lopen en er niet aan voorbij te gaan. Ze staat erbij stil, of kijkt nog eens om. Als de flits van verlangen er vervolgens is om de ontdekking te delen door er woorden aan te geven, kiemt het gedicht. Yvonbrengt raadsels onder woorden die het mysterie nooit oplossen.
Wilbert van den Bosch: Als in een golfbeweging deinen allegorie en werkelijkheid in elkaar over. Er is geen chute in deze poëzie, geen onverhoedse ommeslag. Eerder een organisch vergroeien van beeld en verbeelding. Ze is een feminine poésie parlante van een wijze dame in lange rokken. Zij kent het leven, de vervoering, zoals Boeddhisten ‘kennen’ bedoelen, maar is tegelijkertijd verrassend praktisch ingesteld. Ze vertelt het verhaal van de stad in alle toonaarden op een tandem van sprankelende verwondering en zachte berusting.
Erik Luermans, NBKS: Yvon Né stelde een cyclus van gedichten samen die op zich zelf een linie vormen. Zij koppelt haar gedichten aan veertien locaties aan de linie, maar de woorden zelf zijn verplaatsbaar naar de vele andere plekken aan de linie. Niets ontziend worden in deze gedichten de krijgshandelingen en de gevolgen voor mens en landschap ontleed. De woorden richten zich persoonlijk tot de veste, de dichter neemt een ontnuchterende en ook morele positie in. De linie wordt in haar gedichten tot een kluwen van oorzaak en gevolg: de keuze van aanvallen en verdedigen leidt onherroepelijk tot angst en drama terwijl tegelijkertijd de verdedigingswerken zelf, ingesleten en ingepast in het landschap, aanleiding geven tot schoonheid en bewondering.
Frits Achten, Culturele Kaart Eindhoven: Heb gezien en gehoord en gelezen hoe zij het verleden kan beschouwen, alsof de barrière van tijd en ruimte er niet meer toe doet en alles altijd actueel en persoonlijk is.
Frans Baljeu, BN/DeStem: Op basis van de rigoreuze gebondenheid aan het strenge rijm- en lettergrepenschema van het madrigaal bereikt Yvon Né een ontspannen stromende vrijheid van taal. De naam van de rivier de Aa, waarmee de tekst begint, is ook muzikaal een voor de hand liggende aanvang. Vanuit een reciterend herhaalde toon a klinkt een geleidelijke verdichting door intredende meerstemmigheid. Uit een soort oertoestand van rust wordt al lopend door de ruimte een zich ontwikkelend zijn, de geboorte van de stad gesymboliseerd. Opzet en effect deden onwillekeurig denken aan de eveneens uit oerwater opkomende Wagner-opera Das Rheingold.
Douwe Eisenga, PZC: Het is wonderlijk hoe vloeiend de rijke taal van Né zich binnen dit ijzeren skelet beweegt.
ETV-huisomroep van Surplus op 23 mrt 2024 Breda - De Bredase kunstenaar en dichter Yvon Né is Gast aan Tafel. Ze vertelt over haar werk, haar expositie in de KEG EXPO in Schijndel en draagt ook een gedicht voor. Interviewers: Chris Roelants en Ingrid Boschman.
Video door Studio Aksento. De werkelijkheid houdt het lang vol is een poëtisch pleidooi om de werkelijkheid te omarmen en haar tegelijkertijd te wantrouwen of te herscheppen. Ieder mens creëert zijn eigen realiteit, daagt haar voortdurend uit, vervreemdt zich ervan, vernietigt haar en wil niets liever dan er bewust en zintuiglijk deel van uitmaken. De poëzie van Y. Né verleidt, neemt de lezer mee, zet hem op het verkeerde been, palmt hem in, schokt en troost, en stimuleert om onbekende gebieden te ontdekken. - YouTube.
Award. Impressie van het werk van Y. Né, video door Ferdinand Maks. Muziek: Ludwig van Beethoven, String Quartet No. 14 in C Sharp Minor, Op.131: I. Adagio ma non troppo e molto espressivo door het Alban Berg Quartett. - YouTube.